In Dubai kunnen criminelen niet meer rustig zitten
(Deel 1)

5

Lees deel 2 van dit verhaal op de volgende pagina.

“Waar we eerst twee stappen vooruit en één achteruit gingen, boeken we nu echt vooruitgang. We weten wat er nodig is,
dat scheelt een hoop tijd.” 

“De boodschap voor de criminelen is duidelijk: de VAE is geen plek meer waar je buiten het bereik van de Nederlandse rechtspraak kunt blijven.” 

Succes begint in Nederland

Lange adem

Onrust in de onderwereld

De eerste uitleveringen

Groeiend vertrouwen

Volgens de officier is het succes met de VAE niet alleen te danken aan verdragen, maar ook aan samenwerking binnen Nederland zelf. “Het klinkt simpel, maar het is cruciaal dat alle betrokken diensten elkaar weten te vinden: OM, politie, JenV, Buitenlandse Zaken. Iedereen heeft een stukje van de puzzel. Als dat goed op elkaar aansluit, dan kun je echt vaart maken.”

En dat gebeurde. Waar vroeger ieder zijn eigen lijn volgde, is er nu een stevig netwerk dat rechtshulpverzoeken snel registreert, beoordeelt en uitvoert. “Het is ketensamenwerking in de praktijk. Je ziet dat het loont om elkaar te blijven vasthouden, ook als het ingewikkeld wordt of traag gaat. Uiteindelijk draait het allemaal om vertrouwen. In elkaar én in de partners met wie je samenwerkt. Het laat zien dat we niet opgeven”, besluit de officier. “Hoelang het ook duurt, we blijven zoeken naar manieren om nóg beter samen te werken. Dat is de enige manier om de georganiseerde misdaad echt aan te pakken.”

De spreekwoordelijke lange adem was volgens haar in dat proces cruciaal voor de goede afloop: “Je kunt niet verwachten dat landen die zo verschillend zijn op juridisch en cultureel vlak, binnen een jaar naadloos samenwerken. Het is echt een kwestie van elkaar leren begrijpen en volhouden.”

Dat geldt niet alleen voor de relatie met de VAE, maar ook voor internationale rechtshulp in brede zin. “Je ziet hetzelfde in Zuid-Amerika en West-Afrika”, zegt ze. “Daar liggen vergelijkbare uitdagingen: grote afstanden, verschillende rechtssystemen, andere tempo’s van werken. Maar ook daar zie je dat het helpt als Nederland de samenwerking goed coördineert en vasthoudt aan wat werkt. Het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC) speelt daarin een verbindende rol.”

De successen blijven niet onopgemerkt. In de internationale pers is te lezen dat er in de onderwereld onrust heerst: de VAE zijn niet langer de veilige schuilplaats die het ooit voor criminelen was. “Dat beeld klopt”, beaamt de officier. “We zien dat verdachten die dachten dat ze er veilig zaten, toch worden aangehouden en uitgeleverd. Dat heeft een afschrikkend effect. De boodschap voor de criminelen is duidelijk: de VAE is geen plek meer waar je buiten het bereik van de Nederlandse rechtspraak kunt blijven.”

De omslag is symbolisch: van een stadstaat die lange tijd gold als toevluchtsoord voor criminelen, naar een partner die actief meewerkt aan uitleveringen en vermogensonderzoek. “Dat Dubai niet meer de plek is waar je op je gemak kunt zitten”, zegt ze nuchter, “weten criminelen inmiddels. Dat is belangrijk, want het laat zien dat volhouden loont. Internationale samenwerking kost tijd, maar uiteindelijk werpt het wél vruchten af.”

Toen in de zomer van 2023 het uitleveringsverdrag in werking trad, duurde het niet lang voordat de eerste zaken volgden. “De eerste echte uitlevering vond zo’n anderhalf jaar geleden plaats”, zegt ze. “Daarna kwamen er meer. Dat ging niet vanzelf: de procedures zijn ingewikkeld, de documenten moeten precies voldoen aan de eisen van beide landen en soms ging het mis op iets kleins als een vertaling of formulering. Maar stap voor stap leer je elkaar kennen en gaat het beter.”

Een belangrijke versneller is de komst van een liaison-magistraat (zie deel 2 op de volgende pagina) die sinds dit jaar in de VAE werkt. “Hij is onze vooruitgeschoven post”, zegt de officier. “Door iemand daar te hebben die de contacten legt en de juiste mensen kent, kunnen we veel sneller schakelen. Hij kan meteen overleggen als een verzoek ergens vastloopt. Dat scheelt enorm.” Het resultaat is zichtbaar: uitleveringen volgen elkaar steeds sneller op, rechtshulpverzoeken worden niet langer genegeerd en er is wederzijds begrip voor de juridische context van beide landen. “Waar we eerst twee stappen vooruit en één achteruit gingen, boeken we nu echt vooruitgang. We weten wat er nodig is, dat scheelt een hoop tijd.”

Dat vertrouwen moest groeien. De eerste gesprekken gingen over principes en mensenrechten, over taal en procedures. Pas daarna volgden onderhandelingen over concrete verdragen: één voor uitlevering, één voor rechtshulp in strafzaken. “Met de meeste landen kun je zonder verdrag uit de voeten”, legt de officier van justitie uit. “Maar in dit geval wilden beide partijen een stevige juridische basis. Een verdrag maakt het voorspelbaar en juridisch houdbaar.”

Van stroef contact naar structurele samenwerking

De samenwerking met de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) begon stroef. Verzoeken om informatie of uitlevering liepen vast, procedures duurden lang of werden helemaal niet beantwoord. Tegelijkertijd groeide Dubai, het bekendste en populairste emiraat binnen de VAE, uit tot een aantrekkelijke vestigingsplaats voor criminelen uit Europa: het was er veilig, modern en tot voor kort vrijwel onbereikbaar voor de Nederlandse justitie. “Er lag veel geld van Nederlandse herkomst in de VAE”, zegt de officier. “Verdachten en zelfs veroordeelden gingen ernaartoe. Ook bewijs dat we nodig hadden voor onze onderzoeken bevond zich daar. Dan moét je wel samenwerken, anders kom je niet verder.”

Toch was het geen kwestie van een verdrag tekenen en klaar. “Het is een traject van jaren geweest. Allerlei partijen waren betrokken, zoals verschillende afdelingen binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid en het ministerie van Buitenlandse Zaken en natuurlijk onze eigen teams bij het OM. Je moet uitvinden hoe het rechtsstelsel van het andere land werkt, wie waarover gaat en vooral: of er onderling vertrouwen is.”

De gouden kooi van Dubai is opengebroken. Waar zware criminelen jarenlang dachten ongestoord te kunnen wonen, investeren en zakendoen, worden ze nu één voor één uitgeleverd. In amper anderhalf jaar tijd leverden de Verenigde Arabische Emiraten elf verdachten uit aan Nederland, onder wie kopstukken uit de internationale drugshandel en financiële ‘brokers’ die miljoenen euro’s aan misdaadgeld witwasten.

Voor justitie is het een doorbraak van formaat: een einde aan een tijdperk waarin de Verenigde Arabische Emiraten als veilige haven gold voor criminelen die hun luxeleventje ver buiten bereik van de Nederlandse rechtsstaat dachten te kunnen voortzetten. Achter deze omslag schuilen vele jaren van taai diplomatiek en juridisch werk. Binnen Nederland speelde het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC) in dat proces een sleutelrol. “Het heeft lang geduurd voordat we elkaar goed begrepen”, vertelt een landelijk officier internationale samenwerking van het Openbaar Ministerie. “Inmiddels weten we elkaar te vinden; mét resultaat”, zegt ze.